Monday, March 14, 2016

Joanna Verelst



This is the picture of my great-great-grandmother, Joanna Verelst. She was born, this month, 135 years ago, in March 1881 to Josephus and Joanna De Lelie in Antwerp, Belgium. She was one of several children in the family and was particularly close to her two older sisters Angelina and Josephina who were five and two years older than her.

A few months before her 12th birthday, Joanna's mother died an untimely death, leaving the father, Josephus, with the care of his seven children. Josephus first worked as a coachman for a number of years and later in life started working as a cigar maker.

In 1902, Joanna got married to Henri Verelst. They got three boys and a girl, however, the firstborn son died already before reaching the age of three.

During the Great War, in May 1917, Joanna, who was 36 at the time, was arrested for providing assistance to the Belgian Army as she was accused of smuggling mail for the Army. Although there was also a warrant out for the arrest of her husband, he managed to hide himself. While Joanna was imprisoned in Antwerp, her three children were being looked after by her sisters.  Henri had to close the inn he and his wife were running and had to stay hidden to avoid being imprisoned too.

After being held for almost half a year in an Antwerp jail cell, Joanna was taken to a prisoner camp in Germany, even further away from her children and family. She had been found guilty and was sentenced to three years of imprisonment. She had to conduct forced labour on the lands of different farms, some requiring a long march to get there.

During her days as a prisoner, she did continue to write letters to her children, her sisters and her father, who died in February 1918 after months of illness, while Joanna was still imprisoned. It wasn't until a few months after he had died, that she received the news of his passing. She was deeply sadened by the fact that her father hadn't lived to see the day when she was coming back home. About his death, she wrote in a letter:"I have heard about the tragic loss of grandfather. This has sadened me deeply. (...) Why didn't you tell me about this? You shouldn't have kept that from me. Can you imagine how sad it would have been if I had come home and asked about him? What would you have told me then? That would have been even more sad..."

From all the letters Joanna wrote to her family, it is clear that she truely loved them deeply and was heartbroken from the fact that she was separated from them for so long. She wrote about how she cried tears of joy when she received a picture from one of her sons, and about how she managed to keep going each day by thinking of the day she would be joined again with her loved ones.

At the end of the Great War, Joanna was released and traveled back to her children and husband. She only lived for ten more years and died at the age of 47, in 1928. Her husband, Henri, died in 1953, at the age of 77.



Dit is een foto van mijn betovergrootmoeder, Joanna Verelst. Deze maand is het 135 jaar geleden dat ze werd geboren, in maart 1881 in Antwerpen. Haar ouders waren Josephus en Joanna De Lelie. Ze was één van vele kinderen in het gezin en was bijzonder hecht met haar twee oudere zussen Angelina en Josephina die vijf en twee jaar ouder waren dan haar.

Enkele maanden voor haar twaalfde verjaardag overleed Jaoanna's moeder vroegtijdig, waardoor vader Josephus alleen voor de zeven kinderen moest zorgen. Josephus werkte eerst als koetsier en later als sigarenmaker.

In 1902 huwde Joanna met Henri Verelst. Zij kregen drie zonen en een dochter. De eerstgeboren zoon overleed echter nog voor hij de leeftijd van drie had bereikt.

Tijdens de Grote Oorlog, in mei 1917, werd Joanna gearresteerd voor het verlenen van hulp aan het Belgisch leger. Zij werd er immers van verdacht post te hebben gesmokkeld voor het leger. Hoewel er ook het bevel was om haar echtgenoot te arresteren, sloeg die er tijdig in zich te verstoppen. Terwijl Joanna opgesloten was in de gevangenis van Antwerpen, zorgden haar zussen voor de drie kinderen.  Henri moest noodgedwongen de herberg sluiten die hij met zijn echtgenote uitbaatte en diende ondergedoken te blijven teneinde te verhinderen dat ook hij werd gevangen genomen.

Nadat ze ongeveer een half jaar had doorgebracht in de gevangenis, werd Joanna naar een strafkamp in Duitsland gevoerd, nog verder weg van haar kinderen en familie. Ze was veroordeeld tot drie jaar opsluiting. Ze moest dwangarbeid beoefenen op het land van boerderijen in de wijde omgeving, waarvan er sommigen op lange stapafstand gelegen waren .

Gedurende haar dagen als gevangene, bleef Joanna brieven schrijven naar haar kinderen, haar zussen en haar vader, die overleed in februari 1918 na maanden van ziekte, terwijl Joanna nog steeds was opgesloten. Het was pas enkele maanden na zijn overlijden dat zij het nieuws van zijn heengaan vernam. Ze was diep aangeslagen door het feit dat haar vader haar niet meer thuis had zien komen. Over zijn dood schreef ze in een brief:"Ik heb het droevige nieuws vernomen van het overlijden van Grootvader. Dit heeft me diep geraakt. (...) Waarom hebben jullie niets gezegd? Dat hadden jullie niet moeten doen. Wat zou je hebben gezegd als ik thuis was gekomen en naar hem zou hebben gevraagd? Dat zou nog veel droeviger zijn geweest..."

Uit alle brieven die Joanna schreef blijkt duidelijk de liefde die ze had voor haar gezin en dat het gescheiden zijn van haar geliefden hartverscheurend voor haar was. Ze schreef hoe ze tranen van vreugde huilde wanneer ze een foto van één van haar zonen ontving, en hoe ze elke dag sterkte putte uit de gedachte dat ze op een dag terug verenigd zou worden met haar geliefden.

Aan het einde van de Grote Oorlog werd Joanna vrijgelaten en kon ze eindelijk huiswaarts keren. Ze leefde nog amper tien jaar langer en overleed vroegtijdig op de leeftijd van 47, in 1928. Haar echtgenoot, Henri, overleed in 1953, op de leeftijd van 77 jaar.