Saturday, November 10, 2018

Remembering Warrant Officer J. Hennebicq - Part 2


Today, November 11, we commemorate the hundredth anniversary of the ending of the Great War in Belgium. Two years ago I posted on November 11, 2016 a blog post about great-great grand uncle Joseph Hennebicq. In that year it was 100 years ago that Joseph passed away from injuries sustained at the front line. Joseph was burried in Bourbourg, France, where his grave can still be found today.
 
On Friday July 28, 1916 the following article was published in the Flemish newspaper "Het Vlaamsche Nieuws":
 
"Yesterday July 27 1916 a commemorative service was held in honor of Mr. Joseph Hennebicq, warrant officer with the fortress militia, Knight in the Order of Leopold, killed on the field of honor, in France, in the month of February 1916.
 
The small church was completely full. Apart from many relatives, the service was attended by several authorities such as the Governor of the province, Mr. Leclef and Mr. Ryckmans, senators, Mr. Henderickx, representative, Mr. Cleyhens, pastor dean of the O.-L.Vrouwkerk; Mr. De Winter, Chairman of the Court, Mr. Heimburger and Mr. Coeckx, generals; Mr. De Smet, commissary of the police of the 4th district; Mr. Deronge, adjunkt-overseer of the 4th district.
 
Mr. Joseph Hennebicq, 33 years of age, was married and leaves behind two children. Het was a police officer - clerk of the 4th district and was known for being very alert, active and a competent clerk who was at the beginning of a beautiful career. He is mourned by his superiors and his colleagues. Mr. Senator Leclef, who apologized for the absence of mayor De Vos, held a speech that moved all who were present".
 
Also in another newspaper "L'Echo Belge", which was published in Amsterdam, a similar article appeared in French on Friday, August 11, 1916:
 
"On vient de célébrer en l'église de Sainte-Walburge un service solennel à la mémoire de M. Joseph Hennebicq, adjudant sous-officier de l'artillerie de siège, chevalier de l'ordre de Léopold, tombé au champ d'honneur. L'église était bondée. Parmi les assistants, toutes les autorités civiles, le gouverneur de la province en tête, les sénateurs et représentants que se trouvent à Anvers, le président du tribunal de première instance, les hauts dignitaires retraités de l'armée belge, les hauts fonctionnaires de la police, etc., etc.

M. Hennebicq, qui est mort âgé de 33 ans, était marié et laisse deux enfants. Il était avant la guerre agent de police de la 4e section et l'un des membres les plus estimés et les plus capables du corps; il avait devant lui une belle carrière.

M. le sénateur Leclef, en l'absence de M. le bourgmestre, empêché d'assister à la cérémonie par son devoir de magistrat, a prononcé un discours qui a vivement ému l'assistance".

Amongst the attendees were many important politicians such as senator Ryckmans who, together with Antwerp mayor De Vos, had signed the Convention of Contich, surrendering Antwerp. Antwerp Governor Baron van de Werve de Schilde and Senator Le Clef were arrested in 1914 by the Germans and dismissed from office. In 1911, Generaal Heimburger was Military Governor of Liège.

Monseigneur Cleynhens was Pastoor-Dean of the Onze-Lieve-Vrouwe cathedral in Antwerp.

Only last week I discovered the name of Joseph Hennebicq is mentioned on one of two plaques on the first floor ("Schoon Verdiep") of the Antwerp City Hall. The below photograph of the plaque that mentions the name of Joseph Hennebicq, I found on the website www.wegwijzerwoi.be a very interesting website to look through sources relating to the commemoration of the Great War.

Plaque on the first floor of the Antwerp City Hall
( source: www.wegwijzerwoi.be )
 
 
While Joseph Hennebicq was a true hero, he was definitely not the only family member to fight in the Great War. Here are the links to previous blog posts on other veterans of that war:
 
 
 
*
 
*          *
 
 
 
 
Vandaag, op 11 november, herdenken we de honderdste verjaardag van het einde van de Grote Oorlog in België. Twee jaar geleden heb ik een blogbericht geplaatst op 11 november 2016 betreffende over-overgrootnonkel Joseph Hennebicq. In dat jaar was het honderd jaar geleden dat Joseph overleed ten gevolge van verwondingen opgedaan in de frontlinie. Joseph werd begraven in Bourbourg, Frankrijk, waar zijn graf vandaag nog steeds kan worden gevonden.
 
Op vrijdag 28 juli 1916 werd in de krant "Het Vlaamsche Nieuws" het volgende artikel gepubliceerd:
 
"Gisteren 27 juli 1916, heeft er in de St-Walburgiskerk, Volkstraat, een plechtige lijkdienst plaats gehad, ter nagedachtenis van den Heer Joseph Hennebicq, adjudant onderofficier bij de vesting schutterij, Ridder der Leopoldsorde, gesneuveld op het veld van eer, in Frankrijk, in de maand februari 1916.  
 
Het kerkje was proppensvol. Benevens vele bloedverwanten en nabestaanden van den held, werd de plechtigheid ook bijgewoond door verscheidene overheden, o.a. door de Heer gouverneur der provincie, de Heren Leclef en Ryckmans, senators, den Heer Henderickx, volksvertegenwoordiger ; de Heer Cleynhens, pastoor deken der O.-L. Vrouwkerk; den Heer De Winter, voorzitter der Rechtbank; de Heeren Heimburger en Coeckx, generaals; den Heer De Smet, commissaris van politie der 4de Wijk; den Heer Deronge, adjunkt-opziener der 4de Wijk.

De Heer Joseph Hennebicq, 33 jaar oud, was gehuwd en laat twee kinderen na. Hij was in leven politieagent d.d. klerk der 4de Wijk en stond aangetekend als een zeer oppassend, werkzaam en bekwaam bediende die eene schoone loopbaan te wachten stond. Hij wordt zeer betreurd door zijne oversten en zijne ambtgenoten. Door den Heer senator Leclef, welke ook de afwezigheid van den Heer Burgemeester De Vos verontschuldigde, werd eene gelegenheidsrede uitgesproken, welke de aanwezigen ontroerde".

Ook in het in Amsterdam uitgegeven "L'Echo Belge" werd op vrijdag 11 augustus 1916 een heel gelijkaardig artikel gepubliceerd - in het Frans:

"On vient de célébrer en l'église de Sainte-Walburge un service solennel à la mémoire de M. Joseph Hennebicq, adjudant sous-officier de l'artillerie de siège, chevalier de l'ordre de Léopold, tombé au champ d'honneur. L'église était bondée. Parmi les assistants, toutes les autorités civiles, le gouverneur de la province en tête, les sénateurs et représentants que se trouvent à Anvers, le président du tribunal de première instance, les hauts dignitaires retraités de l'armée belge, les hauts fonctionnaires de la police, etc., etc.

M. Hennebicq, qui est mort âgé de 33 ans, était marié et laisse deux enfants. Il était avant la guerre agent de police de la 4e section et l'un des membres les plus estimés et les plus capables du corps; il avait devant lui une belle carrière.

M. le sénateur Leclef, en l'absence de M. le bourgmestre, empêché d'assister à la cérémonie par son devoir de magistrat, a prononcé un discours qui a vivement ému l'assistance".

Bij de aanwezigen waren veel grote namen uit de politiek. Senator Ryckmans maakte, samen met burgemeester De Vos, twee jaar eerder nog deel uit van de delegatie die te Kontich de overgave van Antwerpen had ondertekend. De Antwerpse gouverneur Baron van de Werve de Schilde en senator Le Clef waren bij de Duitse bezetting in 1914 beiden aangehouden en uit hun ambt ontzet. Generaal Heimburger was in 1911 militair gouverneur van Luik. Monseigneur Cleynhens was dan weer Pastoor-Deken van de Onze-Lieve-Vrouwe kathedraal te Antwerpen.

Pas vorige week ontdekte ik dat de naam van Joseph Hennebicq vermeld is op één van de twee gedenkplaten die zich bevinden op het Schoon Verdiep van het Stadhuis van Antwerpen. De volgende foto van de gedenkplaat waarop de naam van Joseph Hennebicq wordt vermeld, vond ik op de website www.wegwijzerwoi.be een bijzonder interessante website om te zoeken tussen bronnen betreffende de herdenking van de Grote Oorlog.

Gedenkplaat op het Schoon Verdiep van het Stadhuis van Antwerpen
( bron: www.wegwijzerwoi.be )



Hoewel Joseph Hennebicq een echte held was, was hij zeker niet het enige familielid dat heeft gevochten in de Grote Oorlog. Hier zijn de links naar de blogberichten betreffende andere veteranen uit die oorlog:
 

Saturday, November 3, 2018

Citizen of the world - great-grandmother Anna in three continents

When I was born, only two of my great-grandparents were still alive. These were my mother's grandmothers Julia Verelst and Anna Hennebicq. About Julia Verelst and her husband Marcel Brusten I already wrote a blog post before. I was just five years old when great-grandmother Julia died and I don't remember that much about her, I still have clear recollection of great-grandma Anna as she only passed away when I was already eleven years old. I also remember how sad I was when I learned she had passed away. Her death was actually the reason I made my first family tree as I wanted to know more about her and I remember asking questions about her to my mother and writing everything down.


My two maternal great-grandmothers : Anna Hennebicq (left) and Julia Verelst (right)


Anna was born 109 years ago, on October 25, 1909 in the city of Antwerp to Maria Broeckx and Fernand Hennebicq. The marriage between Maria and Fernand did not last and they officially got divorced in 1913, four days before Anna's fourth birthday. Divorce records show that it was in fact Fernand who got custody over Anna. The Great War started less than a year later, in 1914. I do not yet have any details on what happened to Anna and her father, Fernand, during the Great War. My grandmother told me that Fernand suffered health issues for the remainder of his life due to mustard gas he had inhaled during the Great War, however, I don't have any record of him having served in the Army.


What I do know for sure is that Maria left Belgium and moved to New York in August 1916, when Anna was still six years old and the War was still very much ongoing in Belgium. I did come across a ship manifest showing that, in 1920, great-grandma Anna also traveled to New York at the age of eleven. There is no evidence of any other relatives being aboard the ship and my guess is she must have been traveling to the United States to visit her mother. The ship manifest does show that the passage was actually paid by her mother, who was living at 473 West 21st Street in New York City, which is in Chelsea, Manhattan. Additional information mentioned on the manifest was the name of Anna's uncle Emile Fres who lived at Hoogstraat 45 in Antwerp, Belgium. Emile must have been husband to Joanna Broeckx, the younger sister of Anna's mother Maria.

Ellis Island in Upper New York Bay as seen from Manhattan
This is where both Anna Hennebicq and her mother Maria Broeckx first arrived in New York

Both Anna and Maria did return to Belgium and a number of years later, Anna married a widower with two children, my great-grandfather Louis Sterckx. Louis, who was a diamond trader, traveled to France with Anna, and in January 1928 their daughter, my grandmother Hilda, was born in the French city of Lille. Regrettably a birth record no longer exists due to a fire that largely destroyed the city registers. Anna's husband Louis died in April 1939 in Wommelgem, Belgium.
During World War II, Anna moved to England to work in the kitchen of a hospital. It was there that she befriended Jean Brusten, sister of my grandfather, Henri. After the war Anna returned back to Belgium and had a second daughter, Godelieve, with a man called Edouard, but the relationship did not last.
Eventually, Anna did get married again to a gentleman called Arthur Van Thillo. Arthur worked for Otraco, a Belgian transportation company active in, at that time still, the Belgian Congo. As far as I've heard, Arthur was sent to the Belgian Congo to take part in the construction of a railroad, but I have not yet come across a single piece of paper relating to his days in Africa. Either way, Anna did fly along with her husband to the Belgian Congo and lived there for quite a while.

Arthur Van Thillo and Anna Hennebicq on their wedding day

I have only very little information that my grandmother was able to give me about the days her mother lived in Africa. Arthur and Anna did have one African servant living with them and his name was Albert. While many atrocities were commited by Belgian colonizers in the Belgian Congo, I genuinely hope Albert did have a good life and was treated well by all Belgians he encountered, including my great grandmother Anna and her 2nd husband, Arthur. My late grandmother, Hilda, told me years ago that, before Anna and Arthur moved back to Belgium, Albert carved out a wooden bust of himself using a few mirrors and gave it to Anna and Arthur. My grandmother kept that bust untill the day she died...

Albert

While living in Africa, great-grandpa Arthur contracted malaria. According to the World Health Organization malaria still takes 400,000 lives globally each year. Great-grandpa Arthur did survive this disease and part of the treatment included drinking tonic water to have sufficient intake of quinine. One of very few remaining souvenirs of their time in Africa is a little copper statue of an African woman.


Souvenir from Congo
In Belgium, Anna and Arthur lived in the village of Schilde in a house with a porch and some pear trees in the garden. Great-grandfather Arthur died on January 3, 1979 in the Belgian village of Zoersel. I still remember great-grandmother Anna had a little dog she named "Bolleke". Also, great-grandmother had the habbit of hanging any ribbons that had been used to decorate presents, from her chandelier in the living room. Asking my oldest brother a while ago what he remembered about her, he told me about her E.T. necklace. I had completely forgotten about it, but indeed, great-grandma always wore a necklace with a little figurine of that famous alien, E.T. hanging from it.

Left to right: Anne-Mie Brusten, Arthur Van Thillo, Anna Hennebicq and Patricia Brusten
(picture probably taken about 1969 in Wilrijk, Belgium)
When great-grandma Anna turned eighty in 1989, the whole family gathered for a surprise party. I was 8 years old at the time and sang her a song called "Anne" which was quite popular in Belgium those days. Great-grandma was already walking very slow then as Alzheimer's disease was starting to take it's toll.

Four generations in one picture - from left to right:
Greet Brusten, Hilda Sterckx, Anna Hennebicq and Sinita Linder

Great-grandmother Anna eventually moved into a retirement home where she passed away on November 24, 1992, about a month after her 83rd birthday.
Anna Van Thillo - Hennebicq (about 1985)
Grandmother Hilda told me much later, every time someone asked what her name was, great-grandma Anna proudly replied: "Anna Joanna Catharina Hennebicq. Like Catharina the Great, Empress of Russia."

While great-grandmother Anna definitely wasn't very tall, I always thought she really was great.
*
*           *
Wanneer ik werd geboren, waren er nog twee van mijn overgrootouders in leven, met name mijn twee overgrootmoeders aan moeders kant, Julia Verelst en Anna Hennebicq. Over Julia Verelst en haar echtgenoot Marcel Brusten schreef ik al eerder een blogbericht. Ik was nog maar vijf jaar toen overgrootmoeder Julia overleed en ik herinner me niet zo veel over haar. Ik heb echter nog duidelijke herinneringen aan overgrootmoeder Anna omdat zij pas overleed toen ik al elf jaar oud was. Ik herinner me nog hoe bedroefd ik was toen ik vernam dat ze was overleden. Haar dood was eigenlijk de aanleding dat ik mijn eerste stamboom maakte omdat ik meer over haar wou weten en ik herinner met dat ik vragen begon te stellen aan mijn moeder en alles opschreef.


Mijn twee overgrootmoeders aan moeders kant: Anna Hennebicq (links) en Julia Verelst (rechts)

Anna werd 109 jaar geleden geboren, op 25 oktober 1909 in de stad Antwerpen. Haar moeder was Maria Broeckx en haar vader Fernand Hennebicq. Het huwelijk tussen Maria en Fernand hield geen stand en ze scheidden officieel in 1913, vier dagen voor Anna's vierde verjaardag. De echtscheidingsakte toont dat het Fernand was die het hoederrecht kreeg over Anna. De Grote Oorlog begon minder dan een jaar later, in 1914. Ik beschik nog niet over informatie omtrent wat er met Anna en haar vader, Fernand, gebeurde tijdens de Grote Oorlog. Mijn grootmoeder vertelde me dat Fernand gedurende zijn leven gezondheidsproblemen had omwille van mosterdgas dat hij had geïnhalleerd tijdens de Grote Oorlog, echter, ik beschik over geen enkel document dat aantoont dat hij in het leger was tijdens de oorlog.


Wat ik zeker weet is dat Maria België verliet en verhuisde naar New York in augustus 1916, wanneer Anna nog zes jaar oud was en de oorlog nog volop aan de gang was in België. Ik ben op een schip manifest gestoten dat aantoont dat overgrootmoeder Anna in 1920 ook naar New York reisde op de leeftijd van elf jaar. Er is geen aanwijzing dat er nog andere familieleden mee reisden en ik ga ervan uit dat Anna naar Amerika reisde om haar moeder te gaan bezoeken. Het schip manifest vermeld dat de reis in feite werd betaald door haar moeder, die in 473 West 21st Street in New York City woonde, een adres in Chelsea, Manhattan. Verdere informatie vermeld in het schip manifest is de naam van de nonkel van Anna, met name Emile Fres die in de Hoogstraat 45 te Antwerpen woonde. Emile moet de echtgenoot zijn geweest van Joanna Broeckx, de jongere zus van Anna's moeder Maria.

Ellis Island in Upper New York Bay gezien vanaf Manhattan
Dit is waar zowel Anna Hennebicq als haar moeder Maria Broeckx aankwamen in New York

Zowel Anna als Maria keerden terug naar België en enkele jaren later huwde Anna met een weduwenaar met twee kinderen, mijn overgrootvader Louis Sterckx. Louis, die diamanthandelaar van beroep was, reisde naar Frankrijk met Anna, en in januari 1928 werd hun dochter, mijn grootmoeder Hilda, geboren in de Franse stad Rijsel. Jammer genoeg bestaat de geboorteakte niet meer omwille van een brand in het stadhuis. Anna's echtgenoot Louis overleed in april 1939 te Wommelgem, België.
Tijdens de Tweede Wereldoorlog, verhuisde Anna naar England om er te gaan werken in de keuken van een ziekenhuis. Het was daar dat ze vriendschap sloot met Jean Brusten, zus van mijn grootvader, Henri. Na de oorlog keerde Anna terug naar België en kreeg ze een tweede dochter, Godelieve, met een man die Edouard heette, maar die relatie bleef niet duren.
Uiteindelijk, huwde Anna opnieuw met een man die Arthur Van Thillo heette. Arthur werkte voor Otraco, een Belgisch transportbedrijf dat actief was in het toenmalige Belgisch Kongo. Voor zover ik heb begrepen werd Arthur naar Belgisch Kongo gestuurd om mee te helpen met de constructie van spoorwegen, maar ik heb nog geen enkel document tegengekomen betreffende zijn dagen in Afrika. In elk geval, Anna vloog mee met haar echtgenoot naar Belgisch Kongo en woonde er gedurende een tijd.

Arthur Van Thillo en Anna Hennebicq op hun huwelijksdag

Ik heb slechts een heel klein beetje informatie die mijn grootmoeder me heeft kunnen geven betreffende de tijd dat haar moeder in Afrika woonde. Arthur en Anna hadden een Afrikaanse dienaar die bij hen inwoonde en zijn naam was Albert. Terwijl er veel wandaden zijn voltrokken door Belgische kolonisten in Belgisch Kongo, hoop ik oprecht dat Albert een goed leven had en goed werd behandeld door alle Belgen die hij tegen kwam, inclusief mijn overgrootmoeder Anna en haar tweede echtgenoot, Arthur. Mijn grootmoeder zaliger, Hilda, vertelde met jaren geleden dat, alvorens Anna en Arthur terugkeerden naar België, Albert een houten buste van zichzelf uitkerfde gebruik makend van enkele spiegels en die buste vervolgens aan Anna en Arthur gaf als herinnering. Mijn grootmoeder heeft die buste bewaard tot de dag dat ze stierf...

Albert

Terwijl hij in Afrika woonde kreeg overgrootvader Arthur malaria. Volgens de Wereldgezondheidsorganisatie eist die ziekte wereldwijd elk jaar nog steeds 400.000 mensenlevens. Overgrootvader Arthur overleefde de ziekte en een deel van de behandeling bestond uit het drinken van tonic om voldoende van het koortswerend middel, kinine, binnen te krijgen.

Een van de weinige souvenirs van hun tijd in Afrika is een klein koperen beeld van een Afrikaanse vrouw.


Souvenir uit Congo
In België, woonden Anna en Arthur in Schilde in een alleenstaande woonst met wat perenbomen in de tuin. Overgrootvader Arthur overleed op 3 januari 1979 in Zoersel. Ik herinner me nog dat overgrootmoeder Anna een kleine hond had die ze "Bolleke" noemde. Tevens had overgrootmoeder de gewoonte om verpakkingslinten die waren gebruikt als decoratie van cadeautjes, aan de luster in de woonkamer te hangen. Toen ik mijn oudste broer een tijdje terug vroeg wat hij zich nog herinnerde van overgrootmoeder, vertelde hij me over haar E.T. halsketting. Ik was het helemaal vergeten, maar inderdaad, overgrootmoeder droeg steeds een halsketting met daaraan een kleine hanger van die beroemde alien, E.T.

Van links naar rechts: Anne-Mie Brusten, Arthur Van Thillo, Anna Hennebicq en Patricia Brusten
(foto waarschijnlijk genomen omstreeks 1969 in Wilrijk, België)
Toen overgrootmoeder tachtig werd in 1989, kwam de hele familie bij elkaar voor een verrassingsfeest. Ik was toen 8 jaar oud en zong het liedje "Anne" van Clouseau dat in die tijd nogal populair was. Overgrootmoeder stapte toen al erg traag vermits de Alzheimer ziekte haar tol begon te eisen.

Vier generaties in één foto - van links naar rechts:
Greet Brusten, Hilda Sterckx, Anna Hennebicq en Sinita Linder

Overgrootmoeder Anna woonde op het einde van haar leven in een rust- en verzorgingstehuis waar ze overleed op 24 november 1992, ongeveer een maand na haar 83ste verjaardag.
Anna Van Thillo - Hennebicq (omstreeks 1985)
Grootmoeder Hilda vertelde me veel later dat, telkens iemand vroeg hoe ze heette, overgrootmoeder Anna trots antwoorde: "Anna Joanna Catharina Hennebicq. Zoals Catharina de Grote, Keizerin van Rusland."

Hoewel overgrootmoeder Anna zeker niet erg groot was, vond ik haar altijd heel groots.

Sunday, May 20, 2018

From North to South - Tracing the Van Noort family

At the time my father was born, he only had one living grandparent left. That was his paternal grandmother Philomena Van Noort. I don't know that much about her. I did trace her ancestry and wanted to include what I have so far in this blog post.


Philomena Van Noort

Great-grandma Philomena was born on November 25, 1893 in the Belgian village of Berchem to a 23-year old factory worker called Augustinus Petrus Van Noort and his 27 year old wife, Joanna Van Looy. Philomena wasn't an only child, as her mother gave birth to another daughter named Maria Carolina, in 1897. A third daughter, named Anna Maria, was born in 1900. Then a fourth daughter, named Joanna Albertina, was born in 1904. Besides great-grandmother Philomena, only two of her sisters lived into adulthood, as Anna Maria already died at 11 days old...

Philomena (in the middle) with her two sisters, Maria Carolina (left) and Joanna Albertina (right)
During the Great War, great-grandmother Philomena got married on September 29, 1917 in Berchem to great-grandfather Constant Van Minnebruggen. They had three children together: Jeanne, Ludy and Hendrik. More information on their family, and particulary on grandpa Ludy can be read in a previous blog post.

Great-great grandmother Joanna Van Looy

Great-grandmother Philomena died at the age of 70, on February 22, 1964 in the Belgian village of Mortsel. Her husband Constant had already passed away twenty years earlier. I don't know when her parents died. The only information I found about that is that her father Petrus Van Noort was still alive at the time of Philomena's wedding in 1917.

Great-great-grandfather Augustinus Petrus Van Noort was born on March 2, 1870, also in Berchem, to Remigius Van Noort and Maria Van Duren. Remigius and Maria had married on April 22, 1861 in the village of Zolder. Augustinus Petrus had two brothers, Petrus Joannes and Josephus, who were both born before him, however sadly, Petrus Joannes already passed away in 1861, at the age of 2.

Taking yet another step back, 3-times great-grandfather Remigius Van Noort was born on February 22, 1829 in the village of Eindhout. His birth certificate did not show a father, since his mother, Anna Kenis was unmarried, however, Remigius was recognized ten months later by Joannes Van Noort, who married Anna Kenis on December 19, 1829 in Eindhout.

So far I have found three siblings of Remigius:
- Sophia Van Noort, born on in 1833
- Ludovicus Van Noort, born in 1836
- Carolina Van Noort, born in 1838

This means that, while Remigius was born in the unified United Kingdom of the Netherlands, his three siblings were all born in what was becoming the independent nation of Belgium with the Belgian revolution that started in 1830. The military confrontations between the Dutch and the Belgians only ended in 1832 with the Siege of Antwerp by the French Armée du Nord, driving the final remaining Dutch troops out of Belgium. The unrests and fighting that had taken place from 1830 to 1832 might very well be a reason that no children were born to Joannes and Anna in those years, but only again as from 1833 onwards.

Interesting fact is that 4-times great-grandfather Joannes was born in 1798 in Utrecht, which had historically been part of the Republic of the Seven United Netherlands, and later belonged to the Kingdom of Holland. A relationship between a northern Dutchman and a southern Belgian woman would not have been obvious; specifically not in those days of fighting between the Belgians and the Dutch. Additionally, Joannes Van Noort was baptized Evangelical Lutheran, while Anna was baptized Roman Catholic. The religious difference between the Northern and the Southern Netherlands was one of the causes of the cry for independence by the southern population.

So far I only managed to get one more generation further back. Joannes Van Noort had the same name as his father, my 5-times great-grandfather Joannes. His mother was named Anna Elisabeth Van der Borght. All I know about the father is that he died in 1808, in the village of Schiedam, which is close to Rotterdam.


Extract of death certificate of 5-times great-grandfather Joannes Van Noort

Chronologically plotting all of the locations where the Van Noort family lived, shows a migration from the Dutch province of Utrecht to the province of South Holland, then to the Belgian province of Antwerp, with a detour to the Belgian province of Limburg.


One question that remains is why 4-times great-grandfather Joannes moved to the southern provinces of the Netherlands. Eventually he passed away on January 6, 1887 at the age of 88. His death certificate mentions he was still working as a "hand worker" at that time... 



*

*      *




Op het ogenblik dat mijn vader werd geboren, leefde er nog maar één van zijn grootouders. Meer bepaald zijn grootmoeder aan vaders kant, Philomena Van Noort. Ik heb niet het gevoel dat ik erg veel over haar weet. Wel heb ik haar afstamming opgezocht en wat ik tot nu toe heb verzameld had ik graag al eens in deze blog bij elkaar gezet.


Philomena Van Noort

Overgrootmoeder Philomena werd geboren op 25 november 1893 in het dorp Berchem. Haar vader was een 23-jarige fabriekswerker die Augustinus Petrus Van Noort noemde en haar moeder was de 27-jarige Joanna Van Looy. Philomena was geen enig kind vermits haar moeder in 1897 het leven schonk aan een andere dochter die Maria Carolina noemde. Een derde dochter, Anna Maria, werd geboren in 1900. Een vierde dochter, die Joanna Albertina heette, werd geboren in 1904. Behalve overgrootmoeder Philomena, leefden slechts twee van haar zussen tot volwassen leeftijd, vermits Anna Maria reeds overleed op de leeftijd van 11 dagen...


Philomena (in het midden) met haar twee zussen, Maria Carolina (links) and Joanna Albertina (rechts)
Tijdens de Grote Oorlog huwde overgrootmoeder Philomena op 29 september 1917 in Berchem met overgrootvader Constant Van Minnebruggen. Zij hadden samen drie kinderen: Jeanne, Ludy en Hendrik. Meer informatie over hun gezin, en in het bijzonder over grootvader Ludy, kan je lezen in een vorig blogbericht.


Over-overgrootmoeder Joanna Van Looy

Overgrootmoeder Philomena overleed op de leeftijd van 70 jaar, op 22 februari 1964 in Mortsel. Haar echtgenoot Constant was reeds twintig jaar eerder overleden. Ik weet niet wanneer haar ouders stierven. De enige informatie die ik daaromtrent heb is dat haar vader, Petrus Van Noort, nog leefde op het ogenblik van het huwelijk van Philomena in 1917.

Over-overgrootvader Augustinus Petrus Van Noort werd geboren op 2 maart 1870, ook in Berchem. Zijn vader was Remigius Van Noort en zijn moeder Maria Van Duren. Remigius en Maria waren getrouwd op 22 april 1861 in het dorp Zolder. Augustinus Petrus had twee broers, Petrus Joannes en Josephus, die beiden waren geboren voor hem, echter, jammer genoeg overleed Petrus Joannes reeds in 1861, op de leeftijd van 2 jaar.

Wanneer we nog een stap verder terug zetten, zien we dat 3-maal overgrootvader Remigius Van Noort werd geboren op 22 februari 1829 in het dorp Eindhout. Op zijn geboorteakte werd geen vader vermeld vermits zijn moeder, Anna Kenis, ongehuwd was. Echter, Remigius werd tien maanden later erkend door Joannes Van Noort, die met Anna Kenis huwde op 19 december 1829 in Eindhout.

Tot nu toe heb ik twee zussen en een broer gevonden van Remigius:
- Sophia Van Noort, geboren in 1833
- Ludovicus Van Noort, geboren in 1836
- Carolina Van Noort, geboren in 1838

Dit betekent dat, terwijl Remigius werd geboren in het Verenigd Koninkrijk der Nederlanden, zijn drie zussen en broers werden geboren in wat de onafhankelijke staat België was aan het worden met de Belgische revolutie die begon in 1830. De militaire confrontaties tussen de Nederlanders en de Belgen, eindigden pas in 1832 met het Beleg van Antwerpen door het Franse Armée du Nord, waarmee de laatste Nederlandse troepen uit België werden verdreven. De onrusten en gevechten die plaats vonden van 1830 tot 1832 kunnen best wel eens aan de basis liggen van het feit dat er in het gezin van Joannes en Anna in die jaren geen kinderen werden geboren.

Een interessant feit is dat 4-maal overgrootvader Joannes werd geboren in 1798 in Utrecht, dat historisch deel had uitgemaakt van de Republiek van de Zeven Verenigde Nederlanden en later toebehoorde aan het Koninkrijk Holland. Een relatie tussen een noordelijke Nederlander en een zuiderse Belgische was niet vanzelfsprekend; in het bijzonder niet in deze tijd van gevechten tussen Belgen en Nederlanders. Bijkomend was Joannes Van Noort was Evangelisch Lutheraans gedoopt, terwijl Anna Rooms-Katholiek was gedoopt. De religieuze verschillen tussen de noordelijke en de zuidelijke Nederlanden was één van de oorzaken van de roep voor Belgische onafhankelijkheid.

Tot nu toe heb ik slechts één stap verder terug in de tijd kunnen zetten. Joannes Van Noort had immers dezelfde naam als zijn vader, mijn 5-maal overgrootvader Joannes. Zijn moeder noemde Anna Elisabeth Van der Borght. Alles wat ik weet over vader Joannes is dat hij overleed in 1808, in het dorp Schiedam, dat dicht bij de stad Rotterdam gelegen is.



Uittreksel uit het overlijdensregister betreffende 5-maal overgrootvader Joannes Van Noort

Het chronologisch plotten van de locaties waar de Van Noort familie heeft vertoefd, toont een migratie van de Nederlandse provincie Utrecht, naar de provincie Zuid-Holland, dan naar de Belgische provincie Antwerpen, met een omweg langs de Belgische provincie Limburg.


Een vraag die blijft is waarom 4-maal overgrootvader Joannes naar de zuidelijke Nederlandse provincies verhuisde. Uiteindelijk overleed hij op 6 januari 1887 op de leeftijd van 88 jaar. Zijn overlijdensakte toont dat hij op dat ogenblik nog steeds werkzaam was als handwerker... 










Saturday, May 19, 2018

Letter from great-great grandmother Joanna (March 31st, 1918)


On the last day of Women's History Month, I want to share a letter written by my great-great grandmother, Joanna De Lelie, from a German prisoner camp, today exactly a hundred years ago...

In 1918, the 31st of March was Easter Sunday. Earlier that year, President Woodrow Wilson had given a speech before Congress, outlining fourteen points to be used for peace negotiations. As the 7th point he stated:  "Belgium, the whole world will agree, must be evacuated and restored, without any attempt to limit the sovereignty which she enjoys in common with all other free nations. No other single act will serve as this will serve to restore confidence among the nations in the laws which they have themselves set and determined for the government of their relations with one another. Without this healing act the whole structure and validity of international law is forever impaired".

This fourteen Points speech was partly inspired on a note written by Pope Benedict in August 1917.  In the book "The Modern Papacy, 1798 - 1995" by Frank Coppa is stated that the New York Times reported that, in his Easter message to the United States of May 1918, Pope Benedict expressed the hope for a lasting settlement and the creation of a new organization of peoples and nations aspiring to be a nobler, purer and kinder civilization.

This desire for peace lived very strongly amongst the Belgian population. Newspapers dedicated many articles to praising peace. Also in the letters written by great-great grandmother Joanna, this hope and desire very clearly surfaces. 


Great-great grandmother Joanna De Lelie


She was arrested as she had been smuggling mail for the Belgian army and, after detention in an Antwerp prison, was deported to a German prisoner camp. The family, and particularly Joanna's sisters, took over the care over her three children.




31 - 3 - 1918



My dearest children, father and sisters and family, I am still in the best of health and hope for you all the same as I'm trying to stay brave and patient. I do think a lot about my children. Now it is Easter and then the first communion of my dear little son. It is sad, but they are being well taken care of by our Josephine. Father, do they sometimes ask about me? I think they do. And sisters, I have received two packages in total, from the city and from the Red Cross, but I do receive only little news from all of you. I have so many sisters and family, and you all have my adress, right? Not that they have to send anything other than courage and patience. The last day will come and then we will celebrate a wonderful Easter. So father, take good care of your health and my sisters and children too en my greetings to Netje and Mother Vin.



The day of freedom is near.

Your daughter, Netje



*
*    *



Op de laatste dag van Women's History Month had ik een brief willen delen die mijn over-overgrootmoeder, Joanna De Lelie schreef vanuit een Duits gevangenenkamp, vandaag exact honderd jaar geleden...

Op 31 maart 1918 was het Pasen. Eerder dat jaar had President Woodrow Wilson in een toespraak voor het Congres, veertien punten aangehaald die konden worden gebruikt als basis voor vredesonderhandelingen. Als 7de punt stelde hij: "De hele wereld zal ermee instemmen, dat België moet worden ontruimd en heropgebouwd, zonder enige poging om haar soevereiniteit te beperken die het zoals alle andere vrije naties geniet. Geen enkele andere handeling zal dienen, zoals dit zou dienen, om het vertrouwen van de naties te herstellen in de wetten die ze voor zichzelf hebben vooropgesteld en bepaald voor het onderhouden van hun onderlinge relaties. Zonder deze helende handeling, is de hele structuur en geldigheid van internationaal recht, voorgoed aangetast".


Deze veertien punten toespraak was deels gebaseerd op een brief van Paus Benedictus van augustus 1917. In het boek "The Modern Papacy, 1798 - 1995" van Frank Coppa wordt gesteld dat The New York Times schreef dat Paus Benedictus in zijn Paasboodschap van mei 1918 aan de Verenigde Staten zijn hoop uitdrukte op een blijvende schikking en de creatie van een nieuwe organisatie van volken en naties "die nastreven een meer nobele, een meer pure en een meer vredelievende beschaving te zijn".

Dit verlangen naar vrede leefde bijzonder sterk bij de Belgische bevolking. In kranten werden veel artikels besteed aan lofzangen voor vrede. Ook in de brieven van betovergrootmoeder Joanna, komt deze hoop, dit verlangen steeds weer overduidelijk naar boven. 


Betovergrootmoeder Joanna De Lelie

Zij werd gearresteerd omwille van brievensmokkel voor het Belgische leger en na een tijd opsluiting in de gevangenis van Antwerpen, weggevoerd naar een Duits gevangenenkamp. De zorg voor haar drie kinderen nam de familie op zich; voornamelijk de zussen van Joanna.




31 - 3 - 1918

Allerliefste kinderen, vader en zusters en familie, ik ben nog altijd in de beste gezondheid en hoop van u allen het zelfde zoals ik moedig en geduldig tracht te blijven. Ik denk wel veel aan mijn kinderen. Nu is het Pasen en dan de eerste communie van mijn lief zoontje. Het is wel droevig, maar ze worden goed verzorgd door ons Josephine. Vader, vragen ze soms naar mij? Ik denk van wel. En zusters, ik heb nu in totaal twee pakjes ontvangen van het stad en van het Rode Kruis, maar ik krijg weinig nieuws van u allen. Ik heb zo veel zusters en familie, en jullie hebben toch allemaal mijn adres? Niet dat zij iets moeten zenden, enkel moed en geduld. De laatste dag zal komen en dan zullen wij een zalige Pasen vieren. Dus vader, zorg goed voor uw gezondheid en mijn zusters en kinderen ook en veel beste wensen aan Netje en aan Moeder Vin.
Den dag van vrijheid is nabij.
Uw dochter, Netje